De leertijdbelasting is een belasting die door bedrijven wordt betaald. Het doel is om, in het kader van de initiële opleiding, deel te nemen aan de financiering van de kosten die nodig zijn voor de ontwikkeling van de eerste technologische en professionele opleiding.
Alle bedrijven met minstens één werknemer die een industriële, commerciële of ambachtelijke activiteit uitoefenen, zijn onderworpen aan deze belasting. Zelfs de bedrijven die we als goede studenten kunnen beschouwen, dat wil zeggen degenen die stagiairs in hun teams verwelkomen, moeten het betalen.
Sommige bedrijven zijn echter vrijgesteld van de leertijdbelasting. De vrijstellingsgevallen betreffen bedrijven die leerlingen in dienst hebben en waarvan de jaarlijkse belastinggrondslag voor de belasting niet hoger is dan 6 maal de Smic, of rechtspersonen die uitsluitend gericht zijn op onderwijs.
Hoe de leertijdbelasting berekenen?
De leerwerkbelasting betreft alle bedrijven die werknemers in dienst hebben, vanaf de eerste euro betaald salaris. De berekening is gebaseerd op de loonsom van het voorgaande jaar. Om het te berekenen, moet u de basis voor socialezekerheidsbijdragen nemen. De leerloongrondslag wordt dan vermenigvuldigd met het tarief van 0,68%.
Hoe de leertijdbelasting betalen?
Sinds 2018 is de leertijdbelasting opgesplitst in twee fracties:
- Een fractie van 87% gewijd aan de financiering van het leerlingwezen. Dit aandeel zal rechtstreeks worden verzameld door France Formation en zal worden gebruikt om opleidingsaanvragen te dekken.
- Een saldo van 13%:
- Rechtstreeks door uw bedrijf te betalen aan geautoriseerde vestigingen (lijst op de respectievelijke sites https://www.prefectures-regions.gouv.fr)
- Of, als u 13% van uw leertijdbelasting toewijst aan een CFA: voor de aankoop van lesmateriaal (lijst aangeleverd door de CFA).
Zodra de 13% is betaald (overdracht of aankoop), wordt uw bedrijf vrijgesteld van de leertijdbelasting door een ontvangstbewijs te ontvangen van de instelling en/of de CFA die u hebt geselecteerd.
Extra informatie
De inning door URSSAF van bijdragen voor beroepsopleidingen en de leerlingbelasting, voorzien door de Avenir Professionnel-wet, zal vanaf 2022 van kracht zijn.
Het starten van de 1er Januari 2022, wordt de eenmalige bijdrage beroepsopleiding (nieuwe naam voor de leerwerkbelasting en de opleidingsbijdrage) dus afgedragen aan deURSSAF, op dezelfde vervaldagen als de socialezekerheidsbijdragen, d.w.z. maandelijks.
U betaalt dus in februari 2022 de premie voor het jaar 2021 en de premie die betrekking heeft op februari 2022.